Procedure

De procedure van een arbitrage is vergelijkbaar met een rechtszaak bij de gewone rechter. De procedure kan pas beginnen als tussen partijen een arbitrageovereenkomst (een arbitraal beding of een compromis) bestaat. De procedure verloopt als volgt:

  1. De eisende partij doet een aanvraag voor arbitrage na een aangetekende ingebrekestelling aan haar tegenpartij
  2. Bij die aanvraag formuleert de aanvrager een eis, voert hij de redenen daarvoor aan en brengt daarbij eventuele bewijsstukken in
  3. De verwerende partij reageert daarop schriftelijk en formuleert eventueel een tegeneis
  4. Iedere partij mag op deze wijze tweemaal besluiten formuleren
  5. Afhankelijk van het onderwerp van geschil kunnen de arbiters ter plaatse gaan kijken: bij geschillen in de bouw is dit bv zeer gebruikelijk
  6. De arbiters beraden zich maximaal 30 dagen en doen vervolgens een schriftelijke en gemotiveerde uitspraak

Tenuitvoerlegging van arbitrale vonnissen

Zoals hiervoor uiteengezet, zijn het de arbiters die een beslissing nemen. Uiteraard is het de bedoeling dat partijen zich dan ook bij die beslissing neerleggen. Problemen kunnen echter ontstaan als de in het ongelijk gestelde partij de arbitrale uitspraak niet naleeft.

De in het gelijk gestelde partij kan in dat geval naar de gewone rechter stappen met het verzoek om tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis te verlenen. De rechter zal in dit geval alleen op formele punten letten, zoals de vraag of de arbiters bevoegd waren en of de voorgeschreven procedure gevolgd is. Is dit het geval, dan zal hij de tenuitvoerlegging gelasten. De rechter mag het geschil niet inhoudelijk opnieuw behandelen, daarvoor is hij onbevoegd. Met de arbitrale uitspraak en de tenuitvoerlegging van de rechter, kan de in het gelijk gestelde partij de normale middelen aanwenden om het vonnis uit te voeren via een gerechtsdeurwaarder. Deze procedure staat bekend als "exequaturprocedure".